“Hoogmoed komt voor de val”, die pijnlijke levensles leerde het Vrouwtje van Stavoren als geen ander. Na de toetreding van Stavoren tot het machtige Duitse Hanzeverbond in 1285 nam de Friese stad een hoge vlucht.
Een rijke koopmansweduwe overklaste in haar eentje de handelsvloot van alle koopvaarders van Stavoren tezamen.
De inhalige vrouw wou meer, dus verzocht ze een kapitein om het kostbaarste bezit op aarde.
De brave man voer vergeefs de hele wereld rond.
Bijna gaf hij de hoop op, tot een handelaar in Danzig hem overtuigend handenvol graan toestopte. Eenmaal terug thuis bleek het vrouwtje van Stavoren een tikkeltje minder enthousiast over de buit.
Ze ontstak in een furie en liet de korrels aan stuurboord de zee in gooien.
Een zwerver waarschuwde de koopmansweduwe: zoveel hoogmoed zou haar beslist nog bezuren.
Zijn vermanende woorden maakten weinig indruk.
Het vrouwtje van Stavoren gooide haar ring in het water en spotte dat ze eerder het juweel terug zou zien, dan dat die voorspelling uitkwam.
Niet lang daarna vond een dienstmeisje de weggeworpen ring terug in een gevangen vis.
De rest is zoals men zegt geschiedenis.
Een genadeloze storm verzwolg de vloot en ruïneerde de hoogmoedige koopmansweduwe.
De graankorrels vormden een eiland in de zee dat de toegang tot de haven versperde.
De glorie van de Friese stad vervaagde even snel als ze gekomen was.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten