dinsdag 14 september 2021

Passo Mortirolo – Lombardije, Italië

“It’s a terrible climb… the hardest climb I’ve ever ridden.”, zo bezwoer een nog astmatisch nahijgende Lance Armstrong in de lente van 2004 een journalist van La Gazzetta dello Sport. 
De Texaan zwoegde die dag in de Italiaanse Alpen ter voorbereiding van zijn zesde gele trui, die hij twee maanden later ook daadwerkelijk droeg op het inhuldigingspodium van Parijs. 
Van Armstrongs tourpalmares blijft na de grote ontmaskering weinig over. 
Toch was niet alles wat de levenslang geschorste renner de wereld wijsmaakte kletskoek. 
Want met of zonder verboden prestatiebevorderend spul in je aders: de Passo Mortirolo blijft een monsterlijke beklimming. 

Luis Herrera koos meer liefkozende woorden. 
De kleine Colombiaan doopte de Mortirolo de ‘Koninginnenklim van Europa’. 
En de man die samen met Federico Bahamontes als enige het bergklassement van de alle Drie Grote Ronden won, zal het wel weten zeker? 
De toen nog maar 31-jarige ‘Lucho’ beëindigde zijn profcarrière in 1992. 
Tegen de alomtegenwoordige epo viel weinig meer te beginnen. 
“When I saw riders with fat asses climbing cols like airplanes, I understood what was happening.” 

De Passo della Foppa, zoals de bergpas nog op oude landskaarten heet, etaleerde voor het eerst zijn moorddadig stijgend asfalt in de 15de etappe van de Giro d’Italia van 1990. 
Toen vertrok het peloton nog in Edolo. 
De jaren daarop kreeg de beklimming vanuit Mazzo di Valtellina de voorkeur. 
Tijdens de loodzware, 12,4 km lange klim door de Italiaanse Alpen bijten 1300 hoogtemeters in je kuiten, met een gemiddeld stijgingspercentage van 10,5 %. 

Hoeveel tijd kost je dat? 
42 minuten en 40 seconden, als je Marco Pantani heet. 
De 24-jarige Italiaan ontbond in 1994 zijn duivels in de 15de etappe van Merano naar Aprica. 
Miguel Indurain en Jevgeni Berzin begrepen amper wat er gebeurde. 
‘Il Pirata’ zou dat jaar de Giro niet winnen. 
Nóg niet. 
Want de hele wereld had gezien dat de onnavolgbare klimmer een belofte was die zich elk ogenblik zou vervullen. 
Daarvoor was het wachten tot 1998, het magische dubbelslagjaar waarin Pantani twee maanden na de ‘Maglia Rosa’ ook met het geel in Parijs stond. 
Eén jaar later verpulverde Ivan Gotti definitief Pantani’s recordtijd. 
Dit keer met 41 minuten en 42 seconden. Pantani was toen al uit de wedstrijd gezet na een te hoge hematocrietwaarde. 
De Giro-uitsluiting markeerde het begin van een onvermijdelijke ondergang. 
De getormenteerde klimgod overleed op 14 februari 2004 in een hotelkamer in Rimini na een noodlottige cocktail van coke en antidepressiva. 
De flamboyante ronderenner was een maand voorheen 34 geworden. 

Maar vraag een Italiaanse wielrenfanaat naar de Mortirolo en de man die hem in 1994 op zo’n ongeëvenaarde spectaculaire wijze bedwong komt terug tot leven in zijn glinsterende oogopslag. 
En terwijl hij vecht tegen de tranen, zal hij je apetrots vertellen over de roemrijke bergpas waar vandaag een bronzen beeld van Pantani staat.






Geen opmerkingen:

Een reactie posten