zaterdag 21 januari 2023

Labbekak

Slappeling; sul; flauwerik; kinderachtig of bang persoon. 
Afgeleid van ‘labben’ in de zin van ‘babbelen, snappen’ en ‘kak’ van kakelen (later evenwel geassocieerd met uitwerpselen). 
Sedert ca. 1620. 
Tijdens de tweede wereldoorlog was het ook een bijnaam voor een anti-Duits gezinde.






Geen opmerkingen:

Een reactie posten