Er bestaan verschillende soorten drijfzand.
Het is simpel gezegd zand waarin alles wegzakt.
Het kan een soort blubber zijn, waarin je in principe met moeite zou kunnen zwemmen.
Maar de vervelendste soort is het drijfzand waarin je vast blijft zitten.
Het ziet er stevig uit, maar wordt vloeibaar zodra je er op loopt.
Hoe dat werkt, ontdekten onderzoekers van de Universiteit van Amsterdam in 2005.
Dit drijfzand bestaat voor een groot deel uit zout water.
En toch heeft het een vaste structuur.
Langwerpige zandkorrels vormen een fragiele kaartenhuisconstructie.
Die wordt op zijn plaats gehouden door een gel van minuscule kleideeltjes en water.
Ga je er op lopen, dan wordt de gel vloeibaar en het kaartenhuis stort in.
Je kan het vergelijken met standyoghurt.
Dat is ook een gel (van eiwitten).
Als je er in roert, maak je de gelstructuur stuk, de yoghurt wordt vloeibaar.
Probleem bij drijfzand: hoe harder je er probeert uit te komen, hoe verder de structuur instort.
Zand en kleideeltjes zakken door de beweging naar de bodem.
In deze onderste laag dichtgepakte modder blijven je voeten stevig vast zitten.
- De dichtheid van drijfzand is groter dan die van water. Je zult er niet in verdrinken.
- Het heeft geen zin om in je eentje iemand uit drijfzand proberen te trekken. Daarvoor is ongeveer dezelfde kracht nodig als waarmee je een auto optilt.
- Ook in droog, losgewoeld, fijn zand kan je wegzakken. Er zijn verhalen van mensen, dieren en voortuigen die zo door de woestijn zouden zijn verzwolgen.
lees meer op http://5-five-5.blogspot.nl/
lees meer op http://5-five-5.blogspot.nl/
Geen opmerkingen:
Een reactie posten