De Nederlandse pretparken trekken elk jaar miljoenen bezoekers.
Hoe zijn ze ooit begonnen?
Gluren bij boeren.
Walibi Holland, het attractiepark bij Biddinghuizen dat bekend staat om zijn achtbanen, is in 1971 onder een andere naam en met een heel ander oogmerk opgericht: als centrum voor landbouweducatie.
Veertigplussers herinneren zich de slogan nog wel: 'Beleef de dag van je leven in de Flevohof, Flevoflevofleooohof'.
De Flevohof is bedoeld om stadsmensen kennis te laten maken met de agrarische sector.
Op het park, grotendeels betaald door boerenorganisaties en door het Min. van Economisch Zaken, staan onder meer boerderijen, tropische kassen en een champignonkwekerij.
Ze zijn met overdekte wandelgangen met elkaar verbonden.
In de Flevohof kunnen bezoekers zien hoe varkens, kippen en koeien worden gehouden.
Er is ook een aardappel- en suikerpaviljoen.
Kinderen kunnen er knutselen, kaas maken en pottenbakken.
In het Kinderdorp staat het huisje van Paulus de Boskabouter.
Ook rijdt er een treintje over het terrein.
Er is een Alpentuin, een Japanse tuin en een Romeinse tuin.
De Flevohof lijdt onder haar oubollige imago.
Begin jaren negentig volgt het onvermijdelijke faillissement.
Het park wordt overgenomen door de Walibi Group en ondergaat een totale metamorfose tot pretpark.
meer
Geen opmerkingen:
Een reactie posten